Warm tapwater bereiden via lage temperatuurboiler: is dat wel zo veilig?

Geplaatst op 14 oktober 2021

We zien ze steeds meer, vooral op nieuwbouwlocaties: zonneboilersystemen en warmtepompinstallaties. Want van gasgestookte boilers gaan we steeds meer over op systemen die gebruikmaken van aardwarmte, restwarmte of de warmte van lucht of zon. Deze bronnen verwarmen het water vaak tot een (relatief) lage temperatuur op. Dat is energiezuinig. Maar is het wel zo veilig? Edwin Zuidema, adviseur legionellapreventie bij C-mark: “We zien dat in veel accommodaties niet overal de vereiste 60 of 55 graden Celsius op het tappunt wordt gehaald. Dit kan gevaarlijke situaties met risico op legionellabacteriegroei in de hand werken.” Zuidema geeft advies voor veilig gebruik van lage temperatuur-verwarming.

Met de komst van nieuwe ‘energiezuinige’ installaties is er het een en ander veranderd. Voorheen werd water in het boilervat door een gasgestookte ketel eenvoudig verhit tot boven de 60 graden Celsius. Met een zonneboiler of warmtepompinstallatie lukt dat niet altijd. Zuidema: “Als de zon schijnt, kan het water in een zonneboiler zelfs meer dan 80 graden Celsius bereiken. Dan is er geen legionella-bacterie in de zonneboiler te vinden. Op een bewolkte dag haalt de watertemperatuur in de zonneboiler de 60 graden Celsius niet. Is het een week lang bewolkt, dan is het in dit zonneboilervat niet heet genoeg om bacteriegroei te voorkomen. In die periode kan het gebruik van de installatie heel risicovol zijn, als niet de juiste beheersmaatregelen zijn getroffen. Want als het water langere tijd op bijvoorbeeld 40 graden Celsius blijft, kan legionella daar heel goed gedijen.”

Thermisch desinfecteren

Het wekelijks thermisch desinfecteren van de hele inhoud van de zonneboiler of het warmtepompvat is daarom noodzakelijk, om te voorkomen dat er in het voorraadvat hoge concentraties aan legionella ontstaan. “Soms is thermische desinfectie van de zonneboiler- of het warmtepompvat automatisch in het systeem geborgd”, vertelt Zuidema. “Prioritaire locaties zoals ziekenhuizen of zorgcomplexen zijn verplicht wekelijks te controleren of deze thermische desinfectie in het vat ook heeft plaatsgevonden. Ook zijn zij verplicht om dat in het legionellabeheersplan vast te leggen. Als het systeem is aangelegd door een gerenommeerde installateur, denken beheerders vaak dat het allemaal wel goed zit. Maar soms is automatische thermische desinfectie niet geborgd of werkt het niet zoals het zou moeten. Bij installateurs is niet altijd kennis van legionellapreventie aanwezig. Ik heb gemerkt dat het toch onzeker blijft of het systeem – ook als het systeem automatisch thermische desinfectie regelt – voldoet aan de wet- en regelgeving. In mijn ogen blijft er vaak een risico op gevaarlijke situaties aanwezig door legionellagroei in zonneboilers of warmtepompsystemen.” 

Uitgaan van de juiste temperatuur

De werking van de installaties is complex en het inregelen komt - als het om legionellapreventie gaat - heel precies. Zo kan er bijvoorbeeld wel water van 60 graden Celsius uit het tappunt komen, maar hoeft dat niet te betekenen dat de waterkwaliteit in het voorraadvat overal in orde is. Zuidema: “Warmte stijgt. Daarom kan het water boven in het vat 60 graden Celsius zijn, terwijl onder in het vat een riscovolle temperatuur heerst voor groei van legionella. De plaats waar de temperatuurmetingen in het vat worden uitgevoerd, moet dus zeer zorgvuldig worden uitgekozen. Vanwege de mogelijkheid op temperatuurgelaagdheid in het voorraadvat moet de thermometer dus niet boven in het vat, maar juist onder in het vat geplaatst zijn.”

Naverwarmen voor desinfectie

Veel warmtepompen bereiken een watertemperatuur van ongeveer 50 tot 55 graden Celsius. Om warm tapwater dat bereid wordt door een zonneboiler of warmtepompinstallatie op het tappunt altijd op 60 graden Celsius te krijgen (of in een woninginstallatie op 55 graden Celsius), is een ander - tweede - toestel nodig. Dit tweede toestel - ook wel naverwarmer genoemd - brengt het door de warmtepomp of zonneboiler voorverwarmde water op de gebruikstemperatuur van 55 of 60 graden Celsius. Zuidema: “Als alternatief voor een wekelijkse thermische desinfectie in het eerste vat, kunt u er ook voor kiezen om het water uit het eerst vat thermisch te desinfecteren in het tweede toestel voordat het warmtapwater wordt aangeboden op het tappunt. Als er geen thermische desinfectie plaatsvindt in het laagtemperatuur- of eerste voorraadvat en er wordt gebruikgemaakt van een naverwarmer (tweede toestel), dan is het wel  belangrijk om u te realiseren dat legionella in het eerste vat tot hoge concentraties kan uitgroeien. Dit water mag onder geen voorwaarde zonder afdoende thermische desinfectie beschikbaar komen op de tappunten. Daarom moet het tweede toestel dan zo zijn ingesteld, dat het water bij het maximaal te verwachten tapdebiet een voldoende hoge temperatuur bereikt en ook nog gedurende de gehele bijbehorende naverwarmingstijd. Het water moet immers een bepaalde periode in dit tweede toestel verblijven, voordat het voldoende gedesinfecteerd is en de legionella-bacteriën zijn afgedood. Dan geldt 10 minuten naverwarmen op 60 graden Celsius of 10 seconden naverwarmen op 70 graden Celsius. Maar de vraag is: gebeurt dat ook? Als de thermische desinfectie van het tweede toestel niet voldoende geborgd is, bestaat het risico dat er hoge concentraties legionella vrij kunnen komen op het tappunt.” 

Geen grip

Het is dus belangrijk een beveiliging toe te passen, om te voorkomen dat niet gedesinfecteerd water wordt vrijgegeven op het moment dat de thermische desinfectie met de juiste naverwarmingstijd niet wordt gehaald. Bijvoorbeeld bij te hoge tapdebieten of uitval van de verwarming. Zuidema: “Die beveiliging ben ik in de praktijk nog zelden tegengekomen in zonneboilers of warmtepompsystemen. En als deze klep wel aanwezig is, dan kan bijna niemand de instelling of werking van de klep toelichten. De desinfectiestappen in het tweede toestel - of in sommige gevallen in het enige vat - moeten daarom altijd plaatsvinden én goed worden uitgevoerd. Prioritaire locaties zijn maandelijks verplicht te controleren of deze desinfectiestap goed werkt. Maar die informatie is moeilijk te verkrijgen: het kan niet worden uitgelezen. Daarom hebben we vaak geen controlemogelijkheid of de thermische desinfectie is geslaagd. Dat is lastig.”

60 of 55 graden Celsius?

Bij collectieve installaties en woninginstallaties met circulatie is men verplicht om warmtapwater van minimaal 60 graden Celsius op het tappunt te leveren. Zuidema: “Steeds vaker zien we dat in collectieve installaties waar men gebruik maakt van warmtepompinstallaties slechts 55 graden Celsius op tappuntniveau wordt gemeten, terwijl dit niet is toegestaan. Het water dient hier verder opgestookt te worden met bijvoorbeeld een gasgestookt of elektrisch systeem tot de vereiste 60 graden Celsius. Maar dat kost geld én is minder duurzaam.”

3 adviezen om risico's te verkleinen

Kortom: er zijn de nodige risico’s bij gebruik van een zonneboilersysteem of warmtepompinstallatie. Welke beheersmaatregelen houden het watergebruik bij deze systemen veilig? Zuidema geeft 3 adviezen.

  1. “Desinfecteer de inhoud van de zonneboiler of de warmtepompboiler wekelijks. Dat betekent 20 minuten verhitten op minimaal 60 graden Celsius, gemeten onder in het vat. Een wekelijkse controle is verplicht bij prioritaire locaties.”
  2. “Is desinfectie van het water in het eerste vat niet mogelijk? Kies dan voor een juiste naverwarmingstijd en temperatuur van het water in het tweede toestel. Controleer wekelijks of het geleverde warmtapwater een temperatuur heeft van minstens 60 graden Celsius. Stap bij stabiele temperatuurmetingen meer dan 60 graden Celsius over op maandelijkse controles. En voer een jaarlijkse controle uit op de werking van eventuele beveiligingskleppen in het tweede toestel.”
  3. “Twijfelt u over correcte desinfectie in uw installatie? Kies dan voor monstername en laat regelmatig een watermonster analyseren.”

Verborgen problemen

Verschillende zaken moeten dus samenvallen, willen we de risico’s op groei van legionellabacteriën in warmtapwaterinstallatie goed kunnen aantonen. Zuidema: “Het gaat hier om verborgen problemen. Op veel momenten is de waterkwaliteit prima. We toonden op sommige locaties op het ene moment legionellabacteriën aan in het systeem en op het andere moment niet. Terwijl het er op basis van de temperatuurmetingen aan het tappunt op leek dat het warmtapwatersysteem goed onder controle was. Wie legionellabacteriën in de installatie wil weren, moet echt heel goed weten hoe de installatie is ingeregeld. Er zijn heel veel verschillende systemen, met elk hun eigen regeltechnieken. Hoe het systeem is ingeregeld, bepaalt of het systeem veilig opereert of niet. Onlangs bezocht ik een sporthal met een grote zonneboiler- en warmtepompinstallatie. Ze dachten dat alles in orde was, maar voor antwoord op vragen over de precieze inregeling moesten we diep graven. Uiteindelijk bleek dat het systeem niet helemaal legionella-proof was en moesten ze – in samenwerking met de leverancier - de installatie toch aanpassen. Veiligheid voorop!”

Meer weten?

Heeft u vragen of zoekt u iemand die u kan helpen bij het inzichtelijk maken van de risico’s in uw zonneboilersysteem of warmtepompsysteem? De adviseurs van C-mark helpen u graag met een preventieve controle voor een veilige werking van uw lage temperatuur tapwater-verwarmingssysteem. Neem contact op met Eurofins C-mark via c-mark@ftbnl.eurofins.com of 088-831 05 00.

 

undefined

22 december 2023

Actueel

E-learning cursus nieuwe Zwemwaterwet

C-mark start in 2024 met e-learning.

Lees verder