Energie besparen? Check onnodige legionellarisico’s

Geplaatst op 6 oktober 2022

De prijzen voor gas en elektriciteit rijzen momenteel de pan uit. Veel eigenaren, ondernemers en bestuurders maken zich zorgen over uit de hand lopende kosten. Ondanks het feit dat de overheid maatregelen voorbereidt om ondernemers tegemoet te komen. Omdat de prijzen voor energie in korte tijd fors zijn toegenomen, is de noodzaak om energie te besparen nu nóg urgenter dan voorheen. Daarom geven we in dit artikel antwoord op de vraag ‘hoe kan ik het beste energie besparen in drink- en warmtapwaterinstallaties?’ De do’s en don’ts zetten we op een rij.

Er zijn allerlei mogelijkheden om energie te besparen rond het beheer en onderhoud van installaties binnen Nederlandse gebouwen: kleine, relatief goedkope maatregelen of kostbare maatregelen voor de langere termijn. Maar als we inzoomen op drinkwaterinstallaties – en dan met name warmwaterinstallaties – dan komen energiebesparende maatregelen al snel in conflict met eisen rondom waterveiligheid en legionellapreventie. Eisen die bovendien in wet- en regelgeving vastgelegd zijn. “En dat is niet voor niets”, stelt Thijs Brekelmans, manager advies bij C-mark. Welke energiebesparende maatregelen kunnen we beter wel en niet overwegen? Brekelmans legt het uit.

Verspilling of noodzaak?

“Met het spoelen van ongebruikte tappunten ‘verspillen’ we voor ons gevoel weliswaar water, maar deze maatregelen zorgen ervoor dat legionellabacteriën weinig kans krijgen om uit te groeien. En de eis om warmtapwater minimaal op een temperatuur van 60°C te brengen kost veel energie, maar draagt bij aan het feit dat legionellabacteriën vaak niet overleven in warmwaterinstallaties”, vertelt Brekelmans.

De huidige risico's

Het zomaar terugbrengen van de temperatuur van boilers en andere warmwatersystemen is met het oog op legionellapreventie dus onverstandig. En daarmee ook voor de gezondheid van de gebruikers, zoals uw gasten, bezoekers, bewoners of medewerkers. Met name in warmwatersystemen waarin een temperatuur onder de 50°C heerst, ontstaan grote risico’s. Door deze lagere temperaturen kunnen legionellabacteriën snel uitgroeien. Juist bij slecht ingestelde warmwatersystemen met een temperatuur van 40 à 50°C is de kans aanwezig dat specifiek Legionella pneumophila gaat uitgroeien. Legionella pneumophila is van alle soorten verreweg de meest pathogene variant.

Mogelijkheden voor de langere termijn

Voor de langere termijn zijn er wél maatregelen mogelijk om energie te besparen door de temperatuur van warmtapwater terug te brengen. Zo is het nu al – onder voorwaarden – mogelijk om bij het toepassen van een legionellabeheerstechniek de temperatuur van het warme water te verlagen tot 50°C: de minimumtemperatuur in de installatie. Brekelmans: “Dat kan bijvoorbeeld bij ultrafiltratie, UV-desinfectie of koper-zilverionisatie. Omdat er steeds meer warmtepompen worden geïnstalleerd die efficiënter zijn bij een lagere temperatuur, verwachten we in de toekomst ook wijzigingen in de wet- en regelgeving voor de minimale temperatuur van warmtapwater. Deze minimale temperatuur is nu nog 60°C voor collectieve leidingwaterinstallaties. Deze eis is vastgelegd in de norm NEN1006 en die is weer wettelijk voorgeschreven in het Bouwbesluit en de drinkwaterwetgeving. Steeds meer partijen in de markt wijzen erop dat deze temperatuureis voor een duurzame toekomst niet houdbaar is.”

Nu al maatregelen nemen? Check onze adviezen voor de korte termijn

Gelukkig zijn er ook maatregelen te nemen die op de korte termijn kunnen bijdragen aan energiebesparing en die niet leiden tot verhoogde risico’s. Mits ze goed worden uitgevoerd natuurlijk. Hieronder geeft Brekelmans een opsomming van dit soort maatregelen.

Tip 1. Check eerst of verlaging van de warmwatertemperatuur mogelijk is in uw installatie

“De NEN1006 eist dus een temperatuur van minimaal 60°C aan het tappunt, binnen collectieve leidingwaterinstallaties. Voor woninginstallaties geldt een minimale eis van 55°C. Verder geldt een uitzondering op de 60°C-eis voor specifieke situaties met kleinschalige warmwatersystemen. Als het warmwatersyteem aan al deze voorwaarden voldoet, mag u een warmwatertemperatuur hanteren die lager ligt dan 60°C:

  • De warmtapwaterbereider is een doorstroomtoestel zonder interne voorraad;
  • Het warmwatersysteem bestaat alleen uit uittapleidingen (geen circulatie) en de inhoud van de leiding(en) vanaf het doorstroomtoestel tot en met het verst gelegen tappunt bedraagt maximaal 1 liter;
  • Het warmwatersysteem bedient één ruimte, of meerdere ruimten mits die bestemd zijn voor dezelfde gebruiker. Het installatiedeel moet overzichtelijk zijn en gericht op een afgebakende beperkte functie;
  • De aangesloten tappunten worden gebruikt voor persoonlijke hygiëne.

Soms voldoen badkamers in hotelkamers, appartementen en cliëntenkamers in zorginstellingen aan deze voorwaarden.”

Tip 2. Het stilzetten van de circulatiepomp kan energie besparen

“In Waterwerkblad 4.4A wordt de mogelijkheid beschreven om de circulatiepomp in warmwatercirculatiesystemen periodiek uit te schakelen: ‘Uit oogpunt van energiebesparing kan, als het gebruik dat toelaat, gekozen worden voor het uitzetten van de pomp met een timer waarbij de pomp maximaal 10 uur wordt uitgezet per 24 uur.’
Het uitschakelen van de circulatiepomp heeft als voordeel dat u op elektriciteitsverbruik bespaart en dat u het warmteverlies in de installatie beperkt. U mag de pomp maximaal 10 uur per 24 uur uitschakelen. Vóórdat gasten, personeel of clienten weer warm water gaan gebruiken, moeten de normale condities in het systeem weer hersteld zijn. Dat betekent dat de temperatuur van minimaal 60°C moet zijn bereikt. De circulatiepomp moet u dus enige tijd voor het eerste gebruik weer aanzetten.”

Tip 3. Ga voor goede en doelmatige leidingisolatie

“Vaak constateren onze adviseurs dat met name warmte-afgevende leidingen niet of niet optimaal geïsoleerd zijn. Bijvoorbeeld cv-leidingen of warmwatercirculatieleidingen. Als deze leidingen vlak langs koudwaterleidingen liggen of alleen al in dezelfde ruimte, schacht of plafond lopen, kunnen hierdoor ‘hotspots’ ontstaan. Dat betekent dat drinkwater in de leidingen opwarmt, waardoor legionella kan uitgroeien. Om deze reden adviseren we om warmte-afgevende leidingen goed en adequaat te isoleren. Een belangrijk extra argument om te isoleren, is het tegengaan van energieverlies. Cv-leidingen en warmwatercirculatieleidingen bevatten continu stromend heet water. Niet-geïsoleerde leidingen geven veel warmte af op plaatsen waar dit niet wenselijk is. Zo ontstaat een enorm verlies aan energie. En die energie moet de boiler weer toevoegen. Dit kost een hoop gas of elektriciteit. Het terugdringen van dit warmteverlies door isolatie van leidingen, appendages en toestellen levert daarom direct een besparing op de energierekening op! Maar: isoleren is een vak. Als u niet het juiste isolatiemateriaal gebruikt of als het isolatiemateriaal loszit om de leidingen, dan is het effect veel minder groot. In tegenstelling tot circulatieleidingen moeten uittapleidingen voor warmtapwater niet geïsoleerd worden. Voor de preventie van legionella moeten de leiding en de inhoud ervan na gebruik zo snel mogelijk weer kunnen afkoelen tot omgevingstemperatuur.”

Tip 4. Gebouw voor een deel of geheel buiten gebruik? Stel de leidingwaterinstallatie buiten gebruik

“Als lange tijd niemand een leidingwaterinstallatie of een deel ervan gebruikt, kiest de beheerder er vaak voor om wekelijks te spoelen. Daarmee voldoet hij of zij aan de regelgeving en het voorkomt dat legionellabacteriën gaan uitgroeien. Het wekelijks spoelen kost vanzelfsprekend water, en ook energie als het gaat om de warmwaterinstallatie. Om te besparen op water en energie kunt u er ook voor kiezen om de installatie - of een deel ervan - af te sluiten en buiten gebruik te stellen. Hierbij schakelt u ook de warmwaterbereiding en het circulatiesysteem uit. Het is dan wel van belang dat u alle installatiedelen en leidingen afsluit en leeglaat. Dit leeglaten kunt u het beste doen met een compressor en olievrije lucht. Houd er wel rekening mee dat brandslanghaspels vaak bedrijfsklaar moeten blijven. Als het gebouw weer in gebruik genomen wordt, is het van belang de installatie van tevoren goed door te spoelen en monsters te laten nemen ter controle van de drinkwaterkwaliteit.”

Advies en monstername?

Geen enkele installatie is hetzelfde. Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? Of wilt u advies op maat voor uw leidingwaterinstallatie? Neem dan contact met ons op. Ook voor monstername en analyse ter controle van de drinkwaterkwaliteit en de aanwezigheid van legionellabacteriën, kunt u bij ons terecht! Stuur een bericht naar c-mark@ftbnl.eurofins.com, bel 088-831 05 00, of klik op:

undefined